Ademhalingskinesitherapie bij baby’s/zuigelingen en kinderen:
Gebruikte techniek:

• Geassisteerde autogene drainage
• Autogene drainage

Wat is (geassisteerde) autogene drainage?

Deze techniek werd ontwikkeld door Jean Chevalier met als doel het overvloed aan slijmen in de longen te verwijderen.

Deze behandeling is belangrijk bij infectieziekten zoals bronchitis, bronchiolitis, longontsteking. Maar ook bij aangeboren ziekten, zoals mucovisidose, primaire ciliaire dyskinesie en aandoeningen die ontstaan net na de geboorte bij premature baby’s.

Autogene drainage bij volwassenen

Is een techniek die aangeleerd wordt aan patiënten, die zelf hun ademhaling kunnen controleren om efficiënt de slijmen uit hun longen te verwijderen.

Men gaat na in welk deel van de luchtwegen de slijmen zich bevinden. Door het longvolume te verlagen zullen de slijmen zich naar de centrale luchtwegen verplaatsen zodat ze gemakkelijker kunnen worden opgehoest.

Geassisteerde autogene drainage bij baby’s/ zuigelingen en kinderen

Bij baby’s en zuigelingen worden zachte thoraxaandrukkingen in combinatie met bouncing gebruikt. De thoraxaandrukkingen verlagen het longvolume van de baby of zuigeling, omdat deze nog niet in staat zijn om zelf hun ademhaling te controleren.

Om de slijmpjes te verwijderen wordt “geassisteerde autogene drainage” toegepast. Om de slijmen te laten ophoesten bij baby’s wordt de hoestreflex gebruikt.

Welk materiaal kan er gebruikt worden?

• Een grote zitbal
• Bellenblazer
• Flutter en/of PEP (Positieve Expiratory Pressure device)

De baby of zuigeling zit op de schoot van de kinesitherapeut(e), die op een grote bal zit, waar hij/zij tijdens de behandeling op “bounced”. Dit is rustgevend voor het kind en het zal ook zijn luchtstroom versnellen zodat de slijmpjes zich in de longen verplaatsen.

Men kan gebruik maken van een bellenblazer, flutter of PEP om slijmpropjes los te krijgen.